Dagboek over het einde van de Tweede Wereldoorlog, waarin de schrijfster, een dertigjarige ontwikkelde vrouw, in drie schoolschriften noteert wat ze heeft meegemaakt. Eerst het overleven in de puinhopen gepijnigd door honger en gebrek aan water, gas en elektriciteit. Vervolgens de slag om Berlijn en de wraak van de Russische overwinnaar.
De auteur beschrijft haar zoektocht naar feiten over haar vaders familie tijdens de Tweede Wereldoorlog: hoe 'fout' was haar familie, waarom sloten haar vader en twee van zijn broers zich aan bij de Waffen-ss?