Weinig Turken en Marokkanen maken gebruik van kinderopvang. Kinderen van gastarbeiders die in Nederland komen te wonen hebben vaak te kampen met aanpassingsproblemen. Door gebrek aan kennis van de Nederlandse taal en omdat ze zo snel mogelijk geld willen verdienen om te helpen sparen voor de achtergebleven familie is het vormingscentrum de kans om nog iets te leren. Voor meisjes ligt dit moeilijk. Meisjes horen volgens de cultuur van het moederland thuis. Turkse en Marokkaanse meisjes moeten als maagd het huwelijk in. Daarom is het noodzaak dat vormingscentra een aparte meidengroep opzetten, zodat Turkse en Marokkaanse meiden met instemming van de vader deel kunnen nemen aan de cursussen.