Historici en theologen beschrijven de argumenten voor en tegen vrouwen in het ambt die sinds de negentiende eeuw binnen de diverse kerkgenootschappen naar voren zijn gebracht. Tevens wordt in een aantal biografische artikelen inzichtelijk gemaakt hoe deze discussies doorwerkten in de individuele keuzes van vrouwelijke pioniers uit diverse kerkelijke gezindten die in de eerste helft van de twintigste eeuw theologie studeerden: Jacoba Mossel, Anne Zernike, Riek Rappold, Nicolette Bruining, Jantine Haumersen, Wil Wiardi Beckman en Ietske Jansen. Hedendaagse vrouwelijke predikanten uit verschillende denominaties reflecteren op hun keuze voor theologie en op hun positie als vrouwelijke predikant en op het predikantschap van de toekomst.