De auteur werpt licht op leven en werken van de Duitse kunstenares Maria Sibylla Merian (Frankfurt, 1647 – Amsterdam 1717) tijdens haar verblijf in Frankfurt, Neurenberg en Amsterdam. Met haar jongste dochter vertrok deze kunstenares op 53-jarige leeftijd naar Suriname om daar insecten, reptielen en amfibieën te observeren en te tekenen. 'Vrouwenlevens tussen kunst en wetenschap.'