Keuze uit de correspondentie van de dichteres Ida Gerhardt (1905-1997) uit de periode 1927-1993. Tot de adressanten behoren niet alleen vriendinnen, dichters, kunstenaars, dominees, kloosterlingen, uitgevers en redacties van tijdschriften, maar ook leerlingen en collega's van de scholen waar zij Grieks en Latijn doceerde.
Ik wilde alleen de stilte toebehooren is een boek over leven en werken van de dichteres Jo Landheer (1900-1986). Zij dichtte, zoals een schilder schildert. Stap voor stap zette ze met zo weinig mogelijk woorden een veelzeggende tekst in haar raamwerk. Tientallen, soms honderden malen werd het vernietigd of veranderd. De waardering was er echter niet minder om. Martinus Nijhoff prees haar poëtische kleinoden, evenals Jan Campert, die haar op eenzame hoogte plaatste met Henriette Roland Holst-van der Schalk. Slauerhoff vergeleek haar beste gedichten met die van Rainer Maria Rilke en ontdekte iets van de volmaaktheid. 'Men zou zich geen woord anders wensen, het kan niet veel beter', aldus de schrijver/scheepsarts. Ook critici als Victor E. van Vriesland en Anthonie Donker bewonderden de poëzie in haar fluistertoon. Poëzie is in Landheers visie identiek aan stilte.