Tijdens de tweede wereldoorlog verruilde schrijver Ina Boudier-Bakker (1875-1966) haar literaire werk voor het bijhouden van een 'oorlogsdagboek'. Hierin schetst ze een beeld van de 'gewone' Nederlander, en ze schrijft over de belemmeringen die de oorlog met zich meebrengt en over de gehoopte overwinning op de Duitse bezetter.
Dagboek geschreven in Zuid-Limburg, 31-71 jaar, betreffende haar huwelijk, partners, kinderen, werk, drugsgebruik, kleinkinderen, het ouder worden, met veel briefjes van haar dochter, eerste dagboek begint met een levensbeschrijving van haarzelf tot 1976 betreffende ouderlijk gezin, tehuizen, strafinternaat en baantjes.