In Duitsland is op 1 september 1994 een nieuwe Wet gelijke behandeling van mannen en vrouwen van kracht geworden, welke de bestaande wetgeving over dit onderwerp beoogt aan te scherpen. Diverse aspecten van de bestaande en de nieuwe wetgeving in Duitsland worden besproken, waarbij verbanden zullen worden gelegd met de wetgeving en rechtspraak van de EG en met het Nederlandse recht.
Over het vraagstuk van de toelaatbaarheid van de toepassing van nationale termijnen op vorderingen gebaseerd op rechtstreeks werkende richtlijnbepalingen. In dit geval gaat het om een sociale zekerheidszaak.
In deze procedure (Meyers) wordt betoogd dat er sprake is van indirecte discriminatie. Het afwijzen van de mogelijkheid om de kosten van kinderopvang af te trekken is discriminerend voor alleenstaande ouders. (meestal alleenstaande moeders) Het gaat hierbij om een soort inkomensafhankelijke kinderbijslag voor werkende met een laag inkomen en valt binnen de werkingssfeer van de tweede richtlijn.