In dit artikel wordt de rechtspraak van het Europese Hof van Justitie van halverwege 1989 tot aan heden (juli 1992) besproken. Achtereenvolgens komen aan de orde: het beloningsbegrip van artikel 119 EEG-Verdrag, arresten inzake directe en indirecte discriminatie, de werkingssfeer van de sociale zekerheidsrichtlijn alsmede de discriminerende overgangsregelingen in de sociale zekerheid, en de handhaving van de gelijke-behandelingsnormen.